Hoe energie besparen
met je verwarming en verwarmingstoestellen?
Maar liefst 70% van alle energiekosten van een
gezin gaat naar verwarming. Aan de steeds toenemende
olieprijzen kunnen we jammer genoeg niets doen,
wél aan ons energieverbruik. Het rendement van
aardgas- en stookolieketels is er de laatste tien
jaar sterk op vooruitgegaan. Zo kan je 20 à 40
procent energie uitsparen, wanneer je je oude
verwarmingsketel vervangt. Ook een doordacht gebruik
en nazicht doen hun duit in het zakje.
Centrale verwarming
Vroeger verwarmde men een gebouw steevast met
losse elementen zoals kachels. Nu treft men kachels
en elektrische verwarmingstoestellen nog aan bij
verbouwingen of in kleinere woningen en appartementen.
De kosten lopen echter snel op als je meerdere
losse verwarmingselementen gebruikt.
Centrale verwarming in combinatie met een programmeerbare
kamerthermostaat biedt een zuinige oplossing.
Vanaf een centrale stookplaats verspreidt een
verwarmingsketel de warmte via een buizenstelsel.
Tegenwoordig zijn er echter zo veel verschillende
modellen en combinatiemogelijkheden dat een goede
keuze maken geen gemakkelijke klus is. We maken
je daarom even wegwijs in het labyrint van verwarmingstoestellen
en hun talrijke opties. Eén gulden regel: kies
een verwarmingsysteem dat aangepast is aan de
woning en aan de behoeften van de bewoners. Te
zware installaties verbruiken immers onnodig veel
energie.
Verwarmingsketel
Klassieke verwarmingsketels verwarmen het water
tot een temperatuur tussen 70 à 90°C. Deze ketels
zijn niet erg duur in aankoop, maar daar staat
wel een laag rendement tegenover. Hoogrendementsketels
warmen het water minder sterk op, tot een temperatuur
tussen 30 en 70°C. Omdat ze, naast verbranding,
de warmte van de verbrandingsgassen recupereren,
bieden deze ketels een hoog rendement. Condensatieketels
verwarmen het water tussen 70 en 90°C. Ze beperken
het energieverlies tot een minimum, aangezien
ze de waterdamp die vrijkomt bij verbranding niet
direct via de schoorsteen afvoeren. Deze ketels
benutten de warmte van de waterdamp uit verbrandingsgassen
ten volle door condensatie. Bij aankoop zijn ze
iets duurder dan hoogrendementsketels, maar qua
verbruik win je 5 à 10 %. Het toestel is ook minder
vervuilend. Let wel op: sommige modellen werken
enkel op duurdere, zwavelarme stookolie.
Plaatsing
Wat de plaatsing van verwarmingketels betreft,
kan men opteren voor een vloerketel of een wandketel.
De grootte van het huis en het al dan niet gebruik
van warm water bepaalt de keuze.
Vloerketels plaatst men, zoals de naam het al
laat raden, op de grond. Ze lijken op een grote
wasmachine. Ze vragen weliswaar meer plaats dan
wandketels, maar ze hebben ook een groter vermogen.
Daarom zijn ze ideaal voor grote woningen. Je
moet je wel nog een aparte circulatiepomp en een
expansievat aanschaffen.
Wandketels hangt men tegen de muur zoals een
geiser. Er is al een expansievat en circulatiepomp
ingebouwd. Ze zijn compact, maar hebben een beperkt
vermogen waardoor ze eerder geschikt zijn voor
kleinere woningen en appartementen. De meeste
wandketels zijn open toestellen zonder schoorsteen.
Men kan ze ook voor warm water gebruiken, wat
de aankoop voordeliger maakt.
Aansluiting
Atmosferische of open modellen voeren de verbrandingsgassen
via de schoorsteen naar buiten. Verse lucht haalt
een open model uit de ruimte waarin het staat
opgesteld. Die ruimte moet altijd voldoende verlucht
zijn. Indien men zich niet aan de voorschriften
houdt, riskeert men CO-vergiftiging. Een werkende
dampkap kan bijvoorbeeld rookgassen naar binnen
trekken.
Gesloten modellen koppelt men via een dubbele
buis rechtstreeks aan op een buitenmuur. Enerzijds
voert een ventilator verbrandingsgassen af, anderzijds
levert hij verse lucht voor het verbrandingsproces.
Dit systeem is duurder, maar wel veiliger op het
vlak van CO. Omdat het risico op rookhinder voor
de buren reëel is, is de plaatsing ervan streng
gereglementeerd.
Ontsteking
Een waakvlam die steeds brandt, kost op jaarbasis
30 à 45 euro aan energie. Met een elektronische
ontsteking spaar je die meerkost uit.
Verwarmingselementen
Aan jou de keuze: convectoren, radiatoren, vloer-,
muur- of luchtverwarming of een combinatie ervan?
We sommen even de voor- en nadelen ervan op.
Convectoren warmen de lucht snel op: het water
stroomt door een koperen buis met aluminium lamellen
die de warmte verspreiden. Ze zijn vooral geschikt
voor huizen met veel grote ramen. Er zijn zowel
vloerconvectoren als wandconvectoren. Bij de eerste
is een goede isolatie en luchtdichte afsluiting
van de kruipruimten essentieel. Vaak plaatst men
ze in putten voor ramen die tot op de vloer komen.
Radiatoren warmen trager op: ze stromen vol warm
water. Wel bieden ze een aangenamer binnenhuisklimaat
omdat ze warmte afstralen.
Bij vloer- of muurverwarming kan je volop voordeel
halen uit je condensatieketel. Verwarmen gebeurt
wel erg traag, maar de aangename stralingswarmte,
de plaatswinning en het esthetische aspect zijn
voor veel mensen doorslaggevend. Dit type verwarming
biedt ook een optimale luchtkwaliteit. Zo is er
geen verplaatsing van stof en geen overbodige
opwarming van het plafond. Omdat vloer- of muurverwarming
minder snel opwarmt dan radiatoren en convectoren,
combineert men ze vaak met radiatoren. Goede isolatie
is belangrijk en bij vast tapijt heb je een permanent
antistatische versie nodig.
Luchtverwarming is geschikt voor goed geïsoleerde
woningen. Ze biedt zowel verwarming als ventilatie,
zodat het ook in de zomer aangenaam vertoeven
is in huis. Bij luchtverwarming bespeur je enkel
kleine roosters in de muur, de vloer of het plafond.
De opwarmtijd is kort en je kan de temperatuur
heel nauwkeurig regelen. Het systeem voert steeds
verse en gefilterde lucht aan.
Brandstof
Aardgas of aardolie / mazout?
Aardgas biedt meer voordelen dan aardolie:
- Je hebt noch een opslagtank noch een brandstofvoorraad
nodig. Je hoeft bijgevolg ook niet te vrezen
voor lekken.
- Men bestempelt aardgas als een milieuvriendelijke
brandstof. Bij verbranding komen minder schadelijke
stoffen vrij dan bij aardolie.
- Aardgas biedt ook een zuinige oplossing voor
het verwarmen van water en koken.
- Het rendement van aardgasketels is hoger dan
dat van stookolieketels, zelfs bij groene aardolie.
- Je kan een gastank laten installeren als je
woning niet aangesloten is op het gasnet.
Elektriciteit - Electrische verwarming
Verwarmen met elektriciteit is normaliter erg
duur qua verbruik in tegenstelling tot de lage
installatiekosten. Warmtepompen daarentegen vormen
een milieuvriendelijk alternatief. Met een compressor
halen deze warmtepompen omgevingswarmte uit grond,
lucht of water. Die warmte wordt op een hogere
temperatuur gebracht en in de woning gepompt.
30% van de totale warmte haalt men uit elektriciteit,
de rest is gratis. Bovendien kan je de pomp ’s
nachts laten draaien om nog meer kosten te besparen.
Erg populair zijn grondwarmtepompen die men één
tot anderhalve meter onder de grond installeert
waar de temperatuur zo’n 12° C bedraagt. Het ondergronds
buizensysteem vereist dus een tuin. De installatie
gebeurt meestal bij nieuwbouw, aangezien men daar
sowieso grondwerken moet uitvoeren.
Een warmtepomp vraagt een beperkt onderhoud.
Bovendien heb je noch een schoorsteen noch een
opslagtank nodig. Wel moet je woning goed geïsoleerd
zijn.
Regeling
Een zuinige centrale verwarming bekom je met een
kamerthermostaat in combinatie met thermostatische
kranen. Elke ruimte kan je dan apart verwarmen
met haar eigen temperatuurregelaar. Een kamerthermostaat
meet de temperatuur in de ruimte waarin hij geplaatst
is, meestal de woonkamer. De ketel slaat dan aan
zodra de temperatuur onder de ingestelde minimumtemperatuur
daalt op die plaats.
Je kan ook met een soort timer werken, een klokthermostaat.
Omdat je op 7 uur opstaat, wil je het meteen lekker
warm hebben in de badkamer en daarna aan de ontbijttafel?
Geen probleem, op vooraf ingestelde tijden schakelt
de verwarming zichzelf aan en uit.
Met een buitensonde of buitenvoeler past de ketel
de binnentemperatuur aan aan de buitentemperatuur
en de weersomstandigheden.
Kwaliteitslabels
Bij gasketels geven kwaliteitslabels het rendement
aan. Deze ketels zijn ook volledig in de regel
met de huidige uitstootnormen. Vergelijk onderstaande
labels en onthoud dat men normaal gezien een standaardrendement
van 70 tot 80% behaalt met dus een verlies van
20 à 30%.
- HR+: hoogrendementsketels met een minimumrendement
van 84 (+2 log Pn)% bij vollast en 80 (+ 3 log
Pn)% bij deellast
- HR TOP: condensatieketels met een rendement
van minstens 91 (+ 1 log Pn) % bij vollast en
minstens 97 (+ 1 log Pn)% bij deellast
Ook de oliesector kent bepaalde labels toe aan
kwaliteitsvolle verwarmingsinstallaties met een
hoog rendement. Tegelijkertijd voldoen deze ketels
aan de strengste normen inzake NOx- en CO-emissies.
- OPTIMAZ: hoogrendementscombinaties met lage
temperatuurtechniek en een rendement van minimum
93%
- OPTIMAZ-elite: stookolieketels met condensatietechniek
met een rendement van minstens 97,5
Subsidies
Wist je dat je 40% van de kosten van je nieuwe
verwarmingsketel terugkrijgt via de belastingen?
Voor het aanslagjaar 2007 kan men tot 1280 euro
terugvorderen voor energiebesparende investeringen.
Dit fiscaal voordeel geldt onder meer bij de vervanging
of het onderhoud van verwarmingsketels, de plaatsing
van thermostatische kranen of een kamerthermostaat
met tijdschakeling. Ook warmtepompen, zonneboilers
en zonnepanelen komen in aanmerking. Lees er meer
over in deze brochure.
Naast fiscale voordelen zijn er ook premies van
netbeheerders en lokale besturen zoals provincies
en gemeenten. Je vindt ze op de website www.premiezoeker.be en www.energiesparen.be.
Verwarmingstips
Ten slotte geven we je nog enkele tips om je verwarmingsketel
optimaal te laten renderen:
- Isoleer de verwarmingsleidingen in niet verwarmde
ruimtes, dan gaat er minder energie verloren.
Lees ook de andere isolatietips in het artikel
‘Bespaar energie met isolatie’.
- Houd het leidingennet zo kort mogelijk. Zo
spaar je bij de installatie kosten uit en is
er minder warmteverlies.
- Zet de thermostaat eens een graad lager. Amper
voelbaar in huis, wél op je energiefactuur die
zakt met 7%. Overdag volstaat 21°C.
- Zet de verwarming een half uur à een uur voor
het slapengaan lager. Tegen de tijd dat het
frisser aanvoelt, lig jij al onder de wol. Ook
als je je huis voor enkele uren verlaat, kan
je dit toepassen.
- Als je ’s nachts een basistemperatuur van
16°C aanhoudt bij een iets oudere verwarmingsketel,
heb je 's morgens minder energie nodig om de
woning weer helemaal warm te krijgen. Bij nieuwe
toestellen mag de verwarming gerust nog wat
lager ’s nachts.
- Een droog huis verwarmen vraagt minder energie.
Verlucht daarom je huis elke dag een kwartiertje.
Zo wordt het vocht afgevoerd zonder al te veel
warmteverlies.
- Dek verwarmingstoestellen nooit af, bijvoorbeeld
met een handdoek. Het is niet alleen energieverspilling,
bij convectoren ontstaat ook brandgevaar.
- Bevestig reflecterende radiatorfolie achter
de radiatoren, zodat de warmte weerkaatst in
plaats van in de muur te verdwijnen.
- Laat een aardgasketel om de twee jaar nakijken.
Bij een stookolieketel is een jaarlijks onderhoud
wettelijk verplicht. Enkel een erkend technicus
mag een onderhoudsattest afleveren met de resultaten
van de rookgasanalyse.
|